Samen met 4 andere Couchsurfing-leden trok ik gedurende 9 dagen rond op het eiland Tasmania. Op 27 januari 2012 startte onze roadtrip vanuit Hobart, de hoofdstad van Tasmania, met het Freycinet National Parc als eerste halte.
Van de Oostkust …
De volgende ochtend wandelden we de berg over naar Wineglass Bay. Het was een uitzonderlijk warme dag, tegen de 30 graden. Dat maakte de tocht zwaarder. We zweetten ons te pletter en ik had moeite om de groep bij te houden. Maar mijn reisgenoten wachtten me geduldig op. Jan droeg een tijdlang mijn rugzak en zo haalden we onze bestemming.
Wineglass Bay is een idyllische plaats, een droomstrand aan de Tasman Sea. Het helder blauwe water nodigt uit voor een frisse duik. Terwijl we genoten op het strand in de schaduw van bomen, kwam een wallaby snuffelen aan onze rugzakken, op zoek naar voedsel. Het warme weer werkte ook op het dier in. Tot onze verrassing legde de wallaby zich neer in de schaduw, vlakbij ons!
Na het zwemmen en relaxen op het strand, wandelden we terug en namen een koude douche aan de campingplaats. Helaas konden we hier niet meer verblijven vannacht, dus reden we verder. Iets ten Noorden van Bicheno vonden we een free-campingplaats en gelukkig nog een plaatsje. We maakten ons op voor de nacht. Omdat de tent voor 3 personen iets te krap was, sliep ik in de auto. Ik ben de kleinste van de groep en paste perfect in de koffer van onze 4wheel drive met de achterbanken plat.
Jawel, er zijn veel plaatsen in Australië waar je kosteloos kan kamperen. Op deze campings zijn geen faciliteiten dus je dient wel zelfvoorzienend zijn. Elke dag deden we onderweg boodschappen want met 5 personen die elk een ander metabolisme hebben, wordt er veel gegeten.
… naar de Noordkust
De volgende dag reden we verder richting Bay of Fires. Na de boodschappen in het stadje Saint-Helens verkenden we de oranje-gekleurde rotsstranden aan Bay of Fires. De oranje kleur komt van een soort alg. We spotten pinguïns op een klein eilandje. Het is een betoverend mooie plaats!
Nadien maakten we het gezellig op onze free-campingplaats, 50 meter van de zee waar we gingen zwemmen. De naam Cosy Corner was terecht. We besloten om hier 2 dagen te verblijven. Eric installeerde een groot zeil over onze tenten als bescherming tegen wind en regen. Helaas sloeg het mooie weer om, zoals het in Tasmanië vaker gebeurt. Die avond bouwden we een kampvuur vertelden allerlei verhalen aan elkaar. Zo leerden we elkaar beter kennen. Het vertrouwen groeide en het respect voor elkaar ook. Samen rond een kampvuur zitten, herinnerde me aan de scoutskampen die ik als kind en tiener deed. Ik vond het heerlijk!
… naar het binnenland van Tasmanië
De regen maakte ons wakker en we plaatsten de tenten dichter bij elkaar. Na een doorweekt ontbijt maakten we onze lunch klaar en vertrokken in de auto landinwaarts. Eerst stopten we nog even vlakbij Saint-Helens en namen een gratis douche in de openbare toiletten. Verbazingwekkend hoeveel faciliteiten er zijn op Tasmanië!
Landinwaarts genoten we van de heuvels en het overvloedige groen. Onderweg stopten we op verschillende plaatsen, ondermeer het Pyengana Holy Cow café en de Pub in the Paddock, waar koeien en varkens staan. We aaiden de dieren, proefden de ambachtelijke gemaakte kaas en dronken een warm drankje.
Sprookjeshuis
Terwijl we door de bossen reden, begon het op te klaren. We deden een wandeling naar de Halls Falls. Iets later zaten we in het midden van het bos en merkten Caroline en ik een naambord op waarop “Spiritual learning” stond geschreven. We waren nieuwsgierig en reden de heuvel op. Aan de top pronkte een fantastisch mooie grote boom. Het huisje erachter leek wel een sprookjeshuis. Caroline en ik benaderden het huisje en werden begroet door een oud koppel. Ze nodigden ons prompt uit en boden thee en koekjes aan. We haalden de andere groepsleden erbij en even later praatten we met het koppel over spiritualiteit, de wereld en het leven. De man was ervan overtuigd dat het komende jaar een nucleaire oorlog zou uitbreken en dat Europa verwoest zou worden. Eric bleek dezelfde voorspelling erop na te houden, al gaf hij het einde van Europa wat meer tijd, zo’n 10 jaren. Ik kreeg er de kriebels van. Na een uurtje bedankten we hen voor de gastvrijheid en zetten terug koers naar onze campingplaats Cosy Corner. Die avond speelden we een grappig spel waarbij we allen letterlijk beten in het … euh, zand (geen stof).
Lilydale
De volgende dag verlieten we de kust en reden landinwaarts. We wandelden naar de St. Columba Falls door een prachtig regenwoud met watervallen.
Verderop deden we de nodige boodschappen, kregen een gratis koffie en grapten erop los. Bij aankomst in Lilydale vonden we opnieuw een free-campingplaats met goedkope doch propere sanitair- en keukenfaciliteiten. We bewonderden de alpaca’s aan de overkant van de camping, die net zoals ons stil werden van de mooie zonsondergang. Jan toverde die avond weer een uitstekende maaltijd en deze keer was er zelfs een echte tafel onder een shelter, waaraan een stenen haard grensde. Daar maakte Eric het kampvuur klaar.
Muziek aan het kampvuur
Omdat we er zo gezellig bij zaten, kwamen ook andere kampeerders naar ons toe waaronder een Italiaan die met een gitaar rondreisde. Spontaan begonnen de Italiaan en ik te spelen en te zingen. Het publiek vond het geweldig en ik zong mijn stem bijna schor. Nu ik lange nagels had (heb ik al verteld dat ik sinds Indonesië niet meer op mijn nagels bijt?!) lukte het gitaarspelen me niet zo goed, maar de Italiaan speelde sowieso beter dan mij. De muggen en sandflies begonnen ons op te peuzelen. Het was bijna middernacht toen we gingen slapen.
Cradle Mountain National Park
Nabij Lilydale bezochten we een lavendelplantage en daarna reden we verder naar Launceston, de tweede grootste stad van Tasmanië. Daar hielden we een lunchpauze en deden boodschappen voor de volgende 2 dagen. Vervolgens reden we naar Cradle Mountain National Park. Bij aankomst regelden we onze campingplaats aan de voet van de vallei, waar we moeten betalen maar ook gebruik kunnen maken van schitterende faciliteiten. Het is hier opmerkelijk kouder want het gebied is hoger gelegen. Voordat het donker werd, maakten we een wandeling in de vallei. We spotten wel 7 wilde wombats tijdens valavond, die verrassend genoeg niet weg renden. Ze zijn vast al gewoon aan de vele bezoekers in dit nationaal park. Deze dieren zijn zo mooi! Ik was blij dat ik na 9 maanden in Australië eindelijk ook wilde wombats van dichtbij had gezien.
Naar de top van Cradle Mountain
We troffen die avond de voorbereidingen voor onze dagtocht naar de top van Cradle Mountain. Die wandeling begint op een makkelijk niveau en gaat geleidelijk over tot een moeilijk niveau, met in totaal 9 kilometer en 600 meter hoogteverschil. Viviana zorgde ervoor dat de weergoden ons welgezind zijn. Want de volgende ochtend regende het gelukkig niet. Toch stond er een strakke wind. We wandelden langs Lake Dove en stijgden alsmaar. Met enkele pauzes haalden we het tot net onder de top van de berg. Het magnifieke uitzicht was wel een beloning voor de inspanning. Omdat we nog terug moesten wandelen en we al 4 uren aan het stappen zijn, besloten we wijselijk om het laatste stukje van de top van Cradle Mountain niet te beklimmen. De afdaling was ook niet van de poes. We zagen wilde echidna’s en maakten veel foto’s van het prachtige landschap. Bij aankomst, na een hike van meer dan 7 uren, baden we in Lake Dove en ontspanden we onze voeten. Blij dat we deze mooie tocht deden!
Na een heerlijke douche zetten we ons voor de laatste maaltijd samen. We wisselden foto’s uit en keken op de kaart waar we overal waren geweest. Tasmanië was toch groter dan we dachten… Net zoals op het mainland onderschatten we de afstanden. Maar we hebben toch aardig veel kunnen zien van het eiland.
Terug naar Launceston
Vanuit Cradle Mountain National Park reden we terug naar Launceston, waar we afscheid namen, want Jan en ik keerden terug naar Hobart omwille van onze verdere individuele reisplannen. Viviana, Caroline en Eric gingen dan verder samen reizen. In Launceston verbleven we bij Couchsurfing-lid Ange, we mochten allen in haar huis verblijven die nacht. Groot was onze dankbaarheid! We stelden voor dat we een BBQ organiseerden op Ange’s terras en dat ook zij gratis kon mee eten.
We bezochten de schitterende Cataract Gorge vlakbij de stad, een heel mooi stukje natuur, en vervolgens de winkel. Jan fungeerde als chefkok en iedereen hielp mee met de voorbereiding. Eric trakteerde met bier en ik met een fles Moscato als aperitief. Die BBQ was zonder twijfel één van de beste die ik in het land van de BBQ’s heb bijgewoond, zo lekker en variabel! Het was een plezante avond. We sliepen opnieuw in een bed na 8 dagen kamperen.
Afscheid
De volgende ochtend was het afscheid onvermijdelijk. We regelden de gemaakte kosten: ik droeg slechts 340 dollar af voor die 8 dagen, een bedrag dat zoveel hoger was geweest als ik deze reis alleen had gedaan. We omhelsden elkaar innig en beloofden contact te houden. Jan en ik wuifden onze reisgezellen uit toen ze de straat van Ange verlieten.
Ange had gepland om dat weekend naar Hobart te gaan dus konden we met haar mee in de auto, samen met haar 2 lieve beagles. Dat was hilarisch want tijdens de 3 uur durende rit moesten de hondjes natuurlijk eens kunnen plassen en drinken dus stopten we 2 keren. Het was een mooie zomerdag en warm in de auto.
Bij aankomst in Hobart dropte Ange Jan en mij af aan onze hostel. Ik gaf haar wat drinkgeld als dank voor de rit en we namen afscheid met een warme knuffel. Die avond dineerden Jan en ik samen en praatten honderduit over de mooie reis die we samen beleefden. Ook wij moesten helaas afscheid nemen. Jan vertrok naar Sydney om aan de Oostkust te reizen en ik vertrok de volgende ochtend vroeg naar Nieuw-Zeeland. Die nacht deelde ik een kamer met Katia, de Duitse die ik eerder ontmoette in het Narrara Hostel. We praatten tot in de vroege uurtjes. Ik voelde me blij want morgen zou ik landen in Nieuw-Zeeland. New-Zealand, baby! <3
Leave a Comment